Foilen met een Parawing / pocket wing

Een parawing is een kleine vlieger met korte lijnen die je voortrekt, terwijl een wing voor wingfoilen handmatig wordt vastgehouden. In een parawing zit geen luchtband waardoor je deze eenvoudig binnenhaalt en zeer compact kunt maken. Daardoor zit deze bij het downwindfoilen of op een golf niet in de weg. Wat bij een normale wing eerder het geval is.

Dit hangt erg af van je board, je foil en het formaat parawing en uiteraard je gewicht. Om parawingen te leren raden een constante wind aan van minimaal 20 knopen. Zodra je de parawing goed beheerst, dan kun je het windbereik vergroten.

Ja, in veel gevallen wel. Al werken zogenoemde midlength-foilboards beter. De extra lengte i.c.m. met minder breedte helpt bij het genereren van snelheid, waardoor je eerder op de foil komt. Korte wingboards maken niet genoeg snelheid en lange DW foilboards zijn vaak weer te lang. DW boards kunnen niet snel genoeg meedraaien met de wind en de neus van het board blijft vaak in de lijnen hangen.

Een stabiele foil frontwing met voldoende lift (middelgrote tot grote front wing) werkt het best voor beginners. Brede foils met een hoge aspect ratio, met relatief veel lift en toch een redelijke topsnelheid werken het eenvoudigst. Voor iemand van 80 a 90kg kun je dan denken aan een Axis Fireball 1250 met een oppervlakte van 1133cm2. Met harde wind kun je uiteraard een kleinere foil pakken.

Korte lijnen maken het mogelijk om de parawing snel in te klappen tijdens het foilen. Hoe korter de lijnen, hoe eenvoudiger dit is. Waardoor het opnieuw lanceren van de parawing ook eenvoudiger is. Nadeel is dat hele korte lijnen vaak minder stabiliteit en upwind mogelijkheden geven.

Relatief veilig, mits je helm en impactvest draagt. De lijnen zijn kort, wat het risico op verstrikking verkleint ten opzichte van grotere kites.

Je kunt de parawing snel opnieuw uitvouwen zodra de wind terugkomt, of rustig terug peddelen of drijven naar de kant.

Ja, maar basiservaring met foilen of wingfoilen is aanbevolen. De techniek vraagt om balans en gevoel voor wind.

Bij wingfoilen houd je de wing in je handen, bij parawingen bestuur je een kleine vlieger op lijnen. Hierbij is wingfoilen eenvoudiger om te leren dan parawingen. Ook kun je met wingfoilen eenvoudiger op foil komen in minder wind.

Vooral voor middelmatige tot harde wind. Het kan ook met lichte wind, maar het is relatief lastig om dan op foil te komen. Wat hierbij helpt zijn grote, brede foils en lange foilboards en uiteraard grotere parawings.

Ja, beide zijn mogelijk. Op zee profiteer je van golven en swell; op binnenwater is het ideaal om te oefenen in stabieler water.

Zeker! De parawing is juist ontworpen voor downwind foilen. Je gebruikt hem om snelheid te maken, vouwt hem in, en surft dan verder op de golven. We raden hierbij parawings aan die niet veel groter gaan dan 4m2. Grotere parawings zijn lastiger om snel in te vouwen en om weer te lanceren.

Let op maat, bouwkwaliteit, lijnlengte en gebruiksgemak. Voor beginners zijn stabiele, makkelijk opvouwbare modellen het beste.

Absoluut. Het maakt downwind foilen toegankelijker, efficiënter en minder afhankelijk van downwind SUP peddel technieken — een echte innovatie binnen de foilsport.